Tijdens de Adventviering in de zolderzaal gloeide het in mijn hoofd en benen daarom was het grappig en ook de kaars was mooi. Ik dacht aan God, het was heel fijn om dat lekkere warme gevoel in mij te hebben. Weg wilde ik niet meer en ging daarom achterin de rij staan.
Meisjes, 8 jaar, klas 3
zondag 14 december 2014
maandag 18 augustus 2014
Vanaf 25 augustus Ochtendspreuk
Aarde ik raak je aan,
verdraag nu mijn mensenvoet.
Zachtjes betreed ik jou,
voel nu mijn liefdesgroet.
Bij elke schrede draag je mij,
bij elke schrede geef je mij
vertrouwen en zekerheid.
Ik groet je in dankbaarheid.
zondag 17 augustus 2014
Voor ouders; over de vertelstof Vrijeschool klas 3 ‘Het oude testament'
Jacob Streit is er in geslaagd, op eenvoudige wijze de inhoud van deze bijbelse verhalen voor kinderen toegankelijk te maken, in een krachtige, beeldende taal, die met oog voor het detail de ernst en de geestelijke grootheid van deze verhalen weergeeft. Er is een keuze gemaakt, die in drie thema's is ondergebracht: 'En het werd licht' (van de schepping tot de ark van Noach). 'Het beloofde land' (geordend naar de belangrijkste bijbelse personen, van Abraham tot David) en 'De tempel van Salomo' (waarbij de profeten centraal staan). Ofschoon de antroposofie nergens expliciet naar voren komt, heeft de auteur zich daardoor wel laten inspireren. Dat blijkt uit de wijze waarop hij bepaalde thema's behandeld. Voor bijbelgetrouwe lezers kan dat een bezwaar zijn, maar met een brede visie kan het een interessante dimensie toevoegen aan de traditionele beelden.
Voor de kinderen in klas 3 (groep 5) is het Oude Testament geen kerkelijke aangelegenheid, maar opvoedingsstof. Ouders zouden met een wantrouwend oog kunnen kijken naar de ‘godsdienstige’ verhalen die aan hun kinderen verteld worden. Kerken hebben van het Oude Testament veelal een boek van zalving en stichting gemaakt. Het menselijk intellect heeft het Oude Testament stuk geplozen en doorgeredeneerd. De moderne mens kan door de heiligheid geïrriteerd raken. Bij het lezen van het Oude Testament is het goed je intellect niet tot zwijgen te brengen maar een zekere onbevangenheid in te schakelen. Met een onbevangen blik is het Oude Testament de geschiedenis van een volk. Zoals bij elk ander volk begint ook deze geschiedenis met mythologie.
Daarnaast krijgen de kinderen in klas 3 scheppingsmythen uit verschillen culturen te horen. Zoals uit ‘Scheppingsverhalen uit alle windstreken’. Met verhalen uit Ghana, van de Noord-Amerikaanse Indianen, uit Oceanië, Guinea, Groenland, Australië, Scandinavië, Mozambique en Latijns-Amerika.
In vele mythologieën wordt gesproken over een schepping, een gouden of paradijselijke tijd en een breuk in de aanvankelijke harmonie: een intredende verduistering, vervreemding. Nergens is deze breuk zo schril getekend als het verhaal van de zondeval. Het zou kunnen dat waar andere mythologieën deze verwijdering tussen de godenwereld en de mens vaak meer verhullen dit in het Oude Testament meer wordt benadrukt omdat het samenhangt met het karakter van het Hebreeuwse volk. Dit volk beleefde de weg van de mensheid radicaal: het verlaten worden, het zich afsnoeren in het eigen innerlijk en in de verlatenheid en diepe afsnoering toch de verbinding met het goddelijke bewaren.
Zo was bijvoorbeeld voor andere volkeren van de oudheid de slang uit het paradijs nog niet de boze verleider van de mensen, maar de brenger van licht en wijsheid: lichtdrager. De slang als symbool van de wijsheid zien we in meerdere oude culturen. De Egyptische farao draagt dit symbool op zijn kroon; de Chinezen vereren hem als hemelse draak en in de 6000 jaar oude Soemerische kleitabletten is te lezen dat een slang het een herkenningsteken is van de god Enki. Kleitabletten uit Soemerië die trouwens een belangrijke bron lijken te zijn geweest voor het Oude Testament…
Het volk van Israël moet de oude wijsheid die elders nog in samenhang ervaren werd met sterren, planeten en natuurelementen, omsmeden tot innerlijkheid, ‘beeldloze’ innerlijkheid. Aanvankelijk openbaart zich de goddelijke leiding van Israël ook nog in de natuurelementen: donder en bliksem, vuur en water spreken nog tot Mozes; de veel later levende profeet Elia hoort de goddelijke stem niet meer uit de natuur tot hem klinken: ‘… doch de Here was in wind niet; en na een aardbeving; en de Here was ook in de aardbeving niet; en na vuur; de Here was ook in het vuur niet; en dan het suizen van een zachte stilte. En het geschiedde, als Elia dat hoorde, dat hij zijn aangezicht bewond met zijn mantel, en uitging, en stond in de ingang der spelonk. En ziet, een stem kwam tot hem, en zeide: Wat maakt gij hier Elia?’ (1Kon.19) God is het suizen van een zachte stilte; alleen in het diepste van het eigen innerlijk kan de stem gehoord worden. Het Hebreeuwse volk moest leren de godheid niet meer in de sterren en in de natuur te zoeken, maar in zijn eigen innerlijk, waar hij ook eenmaal zijn intrede zou doen.
Het Oude Testament is de geschiedenis van een volk dat in zijn wording de voorbereidende schreden markeert van Degene die komt. De kinderen leren dat het Oude Testament streng en onverbiddelijk is. Je hebt te leven naar de wetten die gegeven zijn en als je dat niet doet gaat het mis en draai je zelf voor de gevolgen op. De verhalen zijn zeker niet kerkelijk maar juist zuiver pedagogisch bedoeld. Zo weerspiegelt de ontwikkelingsgeschiedenis van het joodse volk uiterlijk thema's die in de 3e klasser innerlijk leven. De strijd die het joodse volk onder de leiding van Jahwe (met Mozes als een soort plaatsvervanger) moest doormaken, heeft betekenis voor een 3e klasser. Aan de ene kant is Mozes de menselijke leider die fouten maakt, aan de andere kant is hij degene die het volk een geweten geeft in de vorm van de tien geboden. De kinderen in klas 3 zijn nog volger, de vuurkolom achterna, die soms morrend en overtredend de grenzen wil verkennen. Confrontatie met en het op de proef stellen van de autoriteit (leerkracht) is nodig om over de drempel naar een individueel bewustzijn te komen, naar een steeds verder vorderende individualisering.
Een kind in klas 3 is zich aan het onderscheiden van zijn omgeving. Is bezig om uit de grond van zijn ziel ik te leren zeggen. Maar is ook nog volger, die autoriteit begeert. Twee typerende opmerkingen van kinderen uit klas 3 schieten mij te binnen; “Meester, ik wil u zijn” en “Meester, jij kan niet ziek zijn”. Voordat de stromachtige tijd begint van klas 4, voordat op het kind zoveel invloeden (onzekerheid over getallen --breuken-, onzekerheid in een taalwereld -ontleding-) beginnen in te werken zodat het wel moet komen tot een ‘Ik?’. Is het noodzakelijk het kind gereed te maken voor die turbulente tijd. Vertrouwen te geven door te laten ervaren: ik kan lezen, schrijven en rekenen. Het bekwamen in de basis van de leerstof. Vertrouwen geven voor de toekomst. En komt het kind tot een ik-ervaring, dan moet het ik ingevuld kunnen worden met kwaliteiten.
De kruiwagen daarvoor in het vrijeschool onderwijs is kunstzinnigheid. Het gereedschap is het beeld; verhalen uit het Oude Testament. Schepping; de mens in kosmisch verband (sprookjesachtige eenheid) met vertrouwen dat het licht blijft schijnen, het donker steeds verbroken kan worden. Aartsvaderen; nog niet los van hun omgeving (Abraham-aardegebonden, Izaak-zoekt bronnen met levenskracht van water, Jacob-neemt zelf stenen ter hand, zet zichzelf neer). Jozef; de mens in zijn ontwikkeling, het dromen (kleuter) moet afgelopen zijn (de put in). De toekomst is duister (gevang in Egypte). Jozef maakt zichzelf waar in het denken (droomuitleg), krijgt vertrouwen en geeft vertrouwen met zijn ontwikkeling aan het hof van de farao. Mozes; een volger, morrend en overtredend, steeds weer terugkerend op het pad, waar de autoriteit hem leidt. En de Koningen; werkelijke confrontatie met de omgeving. Strijd, oorlog, nederlaag, overwinning, bewustwording en toekomst. Het verlaten worden en toch binnenin de verbinding met het geestelijke bewaren. Zonder afgodsbeelden de God in jezelf.
Voor ouders kan het interessant zijn om naast de hierboven aangehaalde boeken ook te lezen;
En inspirerend is;
Daarnaast zorgt voor humor en lees- en leerplezier;
Klas 3 is een funderende klas. Alles wat tot nu toe was geleerd, moet door oefening echt eigen worden. De kinderen worden zich steeds meer bewust van de wereld om zich heen en dan met name hoe andere mensen reageren op die wereld. Ze gaan zichzelf als afzonderlijke wezens beleven. Van bewustzijn tot zelfbewustzijn. Onderscheiden.
Een kind in klas 3 ontdekt dat kinderen niet allemaal hetzelfde zijn en ook andere gevoelens hebben. De kinderen zijn veel bezig met het hoe en waarom van de dingen. Ze gaan de wereld om hen heen met een scherpere blik bekijken, hebben er kritiek op, maar moeten toch telkens weer bevestigd worden in hun manier van doen. Aan de hand van anderen durven ze voorzichtig eigen stappen in de wereld te gaan zetten.
In klas 3 hebben de vakken Taal en Heemkunde de duidelijkste verbinding met de vertelstof uit het Oude Testament. Maar in alle vakken komt het terug en draagt bij aan de ontwikkeling van het kind; rekenen, tekenen, vormtekenen, muziek, boetseren, schilderen, euritmie, heemkunde, volksdansen, vreemde talen, spel, wandelen, handwerken, gymnastiek , handarbeid en deugden onderwijs. De regenboog die ontstaat als het licht door het duister van een regenbui heen schijnt. Een funderende klas. Er komt toekomst.
Abonneren op:
Posts (Atom)